“Pieter, Pieter, stop!” denk ik. Maar hij gaat door. Behendig pakt hij zijn haak en inspecteert mijn toestand grondig. “Of ik veel door mijn mond adem?". Even denk ik dat ik beetgenomen word om te testen wat er voor een type in zijn stoel ligt…maar ik kom al vanaf mijn jongste lente bij Pieter in Nijmegen. We hebben samen toch echt wel wat uurtjes bij en in de tandartsstoel meegemaakt. Maar tijd om te antwoorden is er niet, want het wegzuigmoment wordt ingezet. Bloed stroomt in straaltjes langs mijn kronen en even waan ik mij de vrouwelijke Dracula. Ik vertel mezelf dat een kind krijgen pijnlijker is en deze behandeling ‘peanuts’ is…en toch blijft het schokje elke keer onverwacht. En wat ben ik blij als ik mag “doorslikken”, want “de spoelbak” is zelf even weg door de Covid perikelen. Als ik uit de stoel kom, praat ik weer vol enthousiasme door met Pieter; ik kwam al kleppend binnen, was even afgeleid, maar ik babbel weer vrolijk verder. Alsof er niets gebeurd is. “Peanuts” denk ik. Altijd weer gezellig om bij Pieter langs te gaan. Heb ik mezelf aangeleerd; nooit tandarts zeggen, altijd : “ ff langs Pieter”. Niemand in huis die er zich druk om maakt als die naam voorbij komt. Behendig rijd ik mijn Italiaanse Limousine het parkeervak uit in Nijmegen Oost. Net even iets sneller dan dat ik in parkeerde.
P.s. bij thuiskomst weet ik het antwoord over het ademen....ik adem meer door mijn mond dan door mijn neus. Randje Tandje vast daardoor gevoelig. Topdok, Pieter!